De do's en don'ts in het proces van groepsvorming.
Specifiek bij de start van het schooljaar ben je extra druk bezig met de groepsvorming, organisatorische componenten als ook het leren kennen van de leerlingen én hun ouders. In deze blog zoom ik in op de gehele groepsvorming aan het begin van het schooljaar. Om je zo een steuntje in de rug te geven bij het creëren van een positieve groepsdynamiek.
Model van Tuckman
Tuckman heeft fasen in de groepsvorming beschreven. Iedere fase duurt ongeveer twee weken. Het programma van De Gouden Weken is op deze fasen gebaseerd. In de praktijk zou je na gemiddeld zes weken in de performing fase met je klas komen. In het geval van een groep, waar maar weinig ingrijpende veranderingen in de vakantie zijn geweest, kán deze groep deze fasen ook sneller doorlopen. Maar er zijn ook klassen waarbij de stroming fase véél langer duurt.
Ontdekken van je rol
In de forming fase ontdekken kinderen hun rol. Wat zijn de verwachtingen van de leerkracht? Welke regels gelden er? Wie ben ik voor mijn klasgenoot?
Het helpt als je als leerkracht vriendelijk én duidelijk aangeeft wat de regels zijn. Zo geef je duidelijkheid. Consequent zijn loont 😊. Geef ieder kind een dagelijks welkom. Maak tijd om bij de start van de dag de kinderen bij de klassendeur te groeten. Geef een oprecht compliment of een knipoog. Als het je lukt om dagelijks ieder kind even non-verbaal of verbaal te bevestigen, zul je merken dat de sfeer in de klas hierbij opbloeit.
Toon zelf het juiste voorbeeldgedrag en maak tijd vrij om veel kennismakingsspelletjes en activiteiten uit te voeren. Geef ook veel positieve feedback op het gedrag dat je van de leerlingen verwacht.
Wat niet helpt is sarcasme gebruiken. Kinderen begrijpen dit nog niet altijd en voelen zich dan wellicht uitgelachen of belachelijk gemaakt. Benoem negatief gedrag niet constant. Wist je dat je voor één negatieve opmerking vijf positieve moet maken om de balans weer in evenwicht te krijgen? En de leerlingen niet laten uitpraten, is ook een no-go. Ook hier dus weer voorbeeldgedrag.
Laat het stormen nog maar even zitten
Volgens het model van Tuckman komt na de forming, de storming fase. Maar het is fijner voor de groepsvorming om, al vanaf de start van het schooljaar, in te steken op de norming fase. Hierdoor verloopt de storming fase niet alleen rustiger; je kunt ook gebruik maken van positieve gedragsregels en omgangsvormen, die je dan al voor de storming fase hebt aangeleerd.
Wat helpt is om klassenregels met de klas op te stellen. Samen dus. Zo ontstaat er een overlegcultuur én kun je gedeelde verantwoordelijkheid creëren. Neem jezelf voor om positief te communiceren met leerlingen, ouders en collega's. Hou goed in de gaten of er geen kinderen zijn die geïsoleerd zijn van de rest van de groep. Je kunt bijvoorbeeld werkvormen inzetten, die op samenwerken gericht zijn. En maak gebruik van veel interactie. Niet alleen maar zenden als leerkracht dus. Bij de norming fase zijn activiteiten, gericht op omgaan met groepsdruk en positief communiceren ook belangrijk. Naast het opstellen van regels.
De grenzen verkennen? Prima, binnen deze kaders
Na de normingfase komt de stormingfase. De rangorde van de groep wordt verkend. Wat is mijn rol? Wie neemt de leiding? Zijn er kinderen die meelopen? En welke kinderen trekken zich snel terug?
Groepsvormende activiteiten zijn in deze fase belangrijk. Denk aan: kinderen leren samenwerken. Leiders in hun kracht zetten, maar tegelijkertijd hen vaardigheden leren om oog te hebben voor andere meningen en leerlingen.
Voor kinderen is het helpend als je situaties uitspeelt. Zo worden abstracte situaties als niet meedoen met de groep of de ander plagen, voor leerlingen begrijpelijk. Speel ook uit wat een gewenste manier van reageren is. In de sociaal-emotionele methode zoals de Kanjertraining of Vreedzame School zitten deze spiegelsituaties al in de lessen verwerkt.
Een sociogram helpt je om inzicht te krijgen in de verschillende posities en rollen van leerlingen in de groep. Vaak heeft een LVS deze functie. Tip: kijk eens of het LVS van school deze functie biedt. Begeleid conflicten in de groep goed. Laat kinderen het altijd met elkaar goedmaken. Iedere groep heeft één of meerdere leiders. Maak gebruik van die sterke leidersvaardigheden en zet deze positief in!
Bedenk opdrachten waarbij kinderen veel kunnen samenwerken, overleggen en een positieve afronding aan het geheel geven.
Als een storming fase niet goed verloopt of langer duurt, merk je als leerkracht dat er veel (negatief) op elkaar gereageerd wordt. Ook valt het aantal subgroepen in de klas op. Of dat er gepest wordt. Gelukkig kun je hier zeker iets aan doen. Laat dit niet te lang sluimeren! Vraag tijdig hulp aan de intern begeleider en de specialist op school over gedrag. Zet energizers, groepsvormende en samenwerkende opdrachten in, denk om de veiligheid bij het uitoefenen hiervan en maak gebruik van positieve feedback. Maar vooral: geef weer zelf het goede voorbeeld!
De loyaliteitsdriehoek verstevigen
Je hoort het misschien bij de overdracht. “O, die ouders van deze leerling..nou pas maar op!” Het kan je bijna gespannen maken. Dat hoeft niet. Zie het als een kans. Kinderen hebben van nature een bestaansloyaliteit naar hun ouders toe. Hierdoor is contact met ouders een belangrijke factor om als onderwijsprofessional in te investeren.
De relatie tussen leerkracht-ouder-kind: dit wordt de loyaliteitsdriehoek genoemd. Een hele belangrijke relatie! Betrokken ouders met een goed contact met de leerkracht, dragen bij aan de inzet van het kind op school. Als het je als leerkracht lukt, om het schooljaar in te zetten op een goede verhouding met de leerling én diens ouders, heb je een ijzersterke basis voor een goede samenwerking.
Geheim van het succes
Deze samenwerking wordt een succes! Wat het geheim is? Ouders, leerling én leerkracht hebben elkaar nodig. Ouders zijn de opvoedkundige professionals van hun kind. Zij hebben belangrijke mijlpalen meegemaakt, weten hoe hun kind in elkaar zit. Wat bij hem/haar wel of juist niet werkt qua benadering. Jij als leerkracht bent de deskundige in het onderwijs geven aan leerlingen. Dat betekent: de didactische uitleg geven op het juiste niveau maar ook: inschatten wat de leerling nodig heeft om zich verder te ontwikkelen.
Investeer daarom in het oudergesprek, door ouders te laten vertellen over hun kind. Hou een ouderavond en vertel niet alleen maar over de vakken, maar bedenk ook een werkvorm en laat ouders jou ook iets vertellen over hun kind. Zo is het eerste contact, bij de start van het schooljaar, al gelegd!
Tuckman beschrijft verschillende fasen in de groepsvorming. Wie in de eerste weken (fase) insteekt in het ook opbouwen van contact met ouders, heeft daarmee een gouden sleutel in handen, om met elkaar de leerling verder te laten groeien.
Lukt het jou om de norming fase als tweede fase aan bod te laten komen? Of wil je graag hulp bij het begeleiden van de groepsvorming? Stuur me gerust een berichtje voor een vrijblijvend intakegesprek.
Reactie plaatsen
Reacties